Duurzaamheid dringt door in de woonbranche
De maatschappij verwacht steeds vaker transparantie van merken en leveranciers over de productie van collecties. “Jarenlang waren de ogen gericht op de modebranche als het gaat om maatschappelijk verantwoord ondernemen. Ik verwacht dat die aandacht steeds meer verschuift richting de woonbranche.” Femke den Hartog van INretail is beleidsadviseur op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Zij weet precies wat er op dit gebied speelt in de woonbranche.
Vertel eens, hoe zit dat met die aandacht die verschuift naar de woonbranche?
“We stellen onszelf steeds vaker de vraag hoe duurzaam onze acties en handelingen nou eigenlijk zijn. Ook als we iets kopen. Of het nou gaat om chocolade, een spijkerbroek of een nieuwe bank: we willen weten waar het product vandaan komt en hoe is het is gemaakt. In de mode zijn al afspraken gemaakt over de transparantie over de productie. Deze trend van meer transparantie zal zich ook vertalen naar woonwinkels”.
Wat zie je op dit moment gebeuren in de woonbranche op het gebied van duurzaamheid?
“Los van over welke branche we het hebben, wordt er vanuit de Nederlandse overheid wet- en regelgeving gemaakt over deze transparantie. Waarom komt iets vandaan? Hoe wordt het gemaakt. Daar moet je als winkel antwoord op kunnen geven. Ook de ontwikkeling op het gebied van matrasrecycling is heel actueel.”
Het klinkt wel ingewikkeld om die transparantie te kunnen bieden: een meubel bevat hout, schuim, textiel en misschien nog wel meer grondstoffen… herken je dat?
“Het klopt dat de productieketen voor een meubel vaak veel schakels heeft. En dan verschilt het ook nog per product: voor een bank ziet het productieproces er weer heel anders uit dan bij een keuken of een bed. Toch zou je van die verschillende schakels wel willen weten onder welke omstandigheden er wordt geproduceerd.
Meubels moeten aan ontzettend veel strenge kwaliteitseisen voldoen en daar wordt continu veel onderzoek naar gedaan. Het is daarom een logische stap om met meer aandacht naar de duurzaamheidskant kijken, vanuit het welzijn van mens, dier en milieu. Als we daar met de hele branche meer op inzetten, dan zijn we echt heel goed op weg.”
Wat is volgens jou de grootste uitdaging in de branche?
“Het idee dat duurzame producten de oplossing zijn, is een misvatting. We vinden het allemaal heel normaal dat we geen tuinbank kopen van hout dat legaal is gekapt in een tropisch regenwoud, maar of diezelfde bank in elkaar is gezet door mensen die aan ernstige gezondheidsrisico’s worden blootgesteld, dat weten we eigenlijk niet.
Onlangs heb ik een meubelfabriek bezocht in Vietnam. Daar zag ik prachtig gecertificeerd hout liggen om verwerkt te worden, maar ondertussen was het bloedheet in die fabriek, werd er gewerkt met gevaarlijke machines zonder goede bescherming voor het personeel, was er veel fijnstof en liggen de lonen daar veel te laag. Wat ik hiermee wil zeggen: het gaat er dus niet alleen om dat de grondstoffen duurzaam zijn, maar juist dat er verantwoorde omstandigheden zijn waarin de productie plaatsvindt. Voor mens, dier en milieu. We denken vaak al heel goed bezig te zijn met de branche, maar er liggen dus echt nog uitdagingen.”
Welke voorbeelden zijn al goed op weg om te verduurzamen?
“IKEA maakt grote stappen op het gebied van duurzaamheid en die zijn echt een voorloper. Ook in de textiel zijn er veel bedrijven die nu mooie stappen maken. Ik noem graag een bedrijf als WE, HEMA of Zeeman. Mooie Nederlandse no-nonsense bedrijven die voor ieders portemonnee bereikbaar zijn.”